Eene Gekkenwereld!
ligers van generaal Niellon, in de dorpen der Antwerpische Kempen, bij de
e herberg van baas Kobus Noppe
n van het dorp Lichtaert, bij de Mol
lag een breede mesthoop, met kakelende hennen, en daarachter, binnen den stal, kon men in de halve duisternis twee koeien zi
d, was de herberg van Kobes Noppe vol volk. De oude vaders speelden er met de kaart, de jonge lieden op de schuiftafel of de bollenbaan, en moeder Noppe en hare dochter L
langzaam tot het diepe der kamer, trok eenen stoel nevens de kas van het uurwerk en liet zich als mismoedig er op nederval
r trad, was integendeel klein en mager, maar hare levendige oogen en rappe beweging en een zuurzoeten blik, dien zij van terzijde op hare
m en vroeg hal
en uit, om ons gebroken houweel naar den smid te brengen, en daar keer
Houtman ontmoet
rs niet? Wat won
proken van haren zoon Fran
r moet gij daarom zuur zi
ur, Christien;
en w
ar als lood. Gij zoudt mij een groot plezier doen, wild
lfde liedje o
a is naar het veld, wij zijn alle
t hooren
utmans, van jongs af, elkander altijd toedroegen. Vroeger waren zij onze naaste buren, en
er?" morde de vrouw. "Weet ik h
ater een schoon paar zouden zijn-en het is waarlijk zoo. Dit ten minste kunt gij niet betwisten, Christien, al trekt gij de schouders op. Hij is een welgemaakte, sterke jongen; onze Li
at gij zuur ziet? Heeft moeder Houtma
onder de oogen gebracht, dat het tijd wordt om
eer wachten? Het br
n dat de eigenaar, op haar verzoek, aan onze kinderen wil in pacht geven. Het zou eene dwaasheid zi
en daar niet over te beslissen; maar
er wensch dan de jonge lieden maar seffens te laten trouw
omdat gij voorzaagt, dat ik daarop
iet te verbergen,
m te wachten; wij kunnen hare tegenwoordigheid nog niet missen. Om eene
cht," mompelde de baas. "Er sp
wel mo
uigt, alsof de grond te hard was voor zijne voeten? Sedert dat die jongen uit de stad is gekomen e
sen zal, Kobus? De secretaris heeft mij Zondag, na de vroegmis bij den uitgang der kerk, aangesproken over
kt. "Maar gij, Christien, gij hebt hem doen gevoelen dat zulks
ch, dit huwelijk te zien sluiten, maar dat mijn ma
root gelijk
eder alleen het recht toebehoort om over het lot harer dochter te beschikken, en ik u we
ren. Lisa zal met Frans Houtman trouwen of zij moet in St.-Anneschapraai, voor geheel haar leven! En, komt de zoo
n. "Zie hem daar nu zitten met gesloten vuisten en een aangezicht zoo
eerhield ik mij zelven niet!.... Omdat gij eene vrouw zijt en klein daarenboven, meent gij dat gij mij s
j op zachteren toon. "Met dit haspelen en schreeuwen geraken wij tot geen
het wel, Christien," zeide de b
Houtman, dan zal zij eene boerin zijn en tot het einde harer dagen moeten arbeiden en zwoegen, in nat en droog, van den morgen tot den avond, slechte kost eten en gekleed gaan als eene arme sloof, met
e zinnen, vrouw? En daarenboven, gij weet niet wat ge zegt. De secretaris is een onbemiddeld man; wat hij zijne
on het ambt van se
hij
J
zal hij dan
is landmeter en zal zich dit am
t men geweld zou doen om hem een gevaar
ch eens wel, eer gij verder gaat. Theodoor is de echte broeder niet, geloof mij. Hij studeerde vroeger te Turnhout, op kosten van een z
de Houtmans, die hem niet ku
te leeren; maar nog geene zes maanden of hij moest hem wegzenden. De jongen gedroeg zich slecht en
durig de koorts had.... En indien hij op het collegie geene vorderingen had gedaan, hoe zou hij dan secretaris der gemeente kunnen worden?
ne genegenheid voor
eid, Kobus. Wat weet gij daarvan?
oudt kunnen vooro
t geheel zoo, wees gerust, het zal wel komen; de zaak is op goeden weg.... en indien
lufte hem. Hoe? zijne dochter zou de zuivere, de innige genegenheid van geheel haar leven ontrouw
de vrouw met fleemende zachtheid. "Worstel niet langer tegen een besluit, dat gij toch zult nemen. Geef uwe
zeg ik u, noch vandaag, noch morgen, noch ooit! Ha, gij meent dat gij, als naar gewoonte, mij zult kunnen dwingen? Di
blijven of, als eene madam, vereerd en zonder werken te leven.... en gij, ziellooze mensch, gij zoudt uw kind veroordeelen tot armoede en eeuwige slavernij? Gij moet geen brokje hart in het
de baas. "Wist zij wat er teg
geen woord meer over d
en bloemig als eene roos, trad in huis met eene sikkel
al, wierp haren last af, en kwam dan in de kamer, waar zij al
en in de boomen, als was er een prijs te verdienen.... Vader, ik heb Frans ontmoet. Zijn
stom bleef zijne vrouw, ofschoon Lisa beiden verwonderd aan
werd voor a
ik mijn werk verzuim. Lisa, gij weet dat gij met eenen korf eieren naar den
rden verliet
, "wat is hier gebeurd, dat gij
at vreemd gezind vandaag.... Maar, kom, het moet mij van het hart!
der? Hij is een goede, vroolijk
henen baas Kobu
r vriendelijk zijt," morde hij, het hoofd schuddende. "Ach
als ik het jegens al onze klanten ben; maar het is mijne schuld niet, dat de andere jongen
derdaad genegen
m goed lij
ar inzien; de twijfel pijnigt mij.... Lisa, indien men u
dit nu voor gedachten, vader? Ben ik niet, sedert jaren, beloofd aan Frans? Ik de bruid van T
reet van zijnen stoel op, vatte de
rt. Luister, voor deze zaak ten minste, niet naar uwe moeder. Wi
zich in het hoofd g
stappen gedaan, om te gaan zien wat er gebeurde, toen de achterdeur werd geopend en bazin Noppe binnentrad, zoo bleek
n, vrouw? Eene koe doo
tamelde de vrouw, zonder
ekent dit? Spreek, ik
komen! Ik ga in het wagenkot, om het hennennest te ledigen; ik haal er vijf eieren uit en leg ze in mijnen korf; ik grijp er een zesde, en voel
ieten?" gromde de baas. "Begrijpt gij het niet? Een onzer klanten, die z
ers niet dat u zoo versc
door eene menschenhand geschreven. Zij zijn in de schaal gegroeid en v
op, Christien? Ee
lezen. Daar, Kobu
erwondering te hebben rondgedraaid en bekeken, hield het stil ond
n wanhoopskreet en viel sidderend op eenen stoel, ter
te hij. "Hoe ongelukkig voor hem! Maar
oogen aan; zij scheen den moed niet meer te hebben om hem eene uitleggi
ld, "wat staat er op dit ei? Frans ongelu
rik ontsnapte haar, en zij week waggelende terug naar haren stoel, als ging zij bezwijmen. Zij bezigde de laatste krach
rmen. Eene korte wijl vergoot het meisje overvloedige tranen tege
En ik, die hem zoo beminde, ik moet hem nu aan zijn bitter
u een weinig tot zich zelven gekomen. "Wat helpt ons weene
at er dan zoo schrikwekkend
ik zal het u ze
and had gesteld, las hij met
wen.... met Theodoo
meisje, terwijl integendeel op het gelaat der vr
t. De letteren waren er inderdaad niet opgeschreven. Zij bestonden uit dezelfde kalkstof en waren even wit als de geheele
het nest was gelegd geworden, en niemand twijfelde, of God zelf-om redenen, welke zij niet durfden
egevierde over haren man, die nu zelf getuigde dat het zondig, ja, misdadig zou
pkomen, aan het uitdrukkelijk bevel des hemels weerstand te bieden; en zoo was dan de arme Frans Houtman wel besliss
Deze, even verschrikt, maakte een kruis en opperde insgelijks de meening, dat zij niets anders konde
n glas bier uit, verliet de herberg en dreef zijne paarden met haast naar Licht
e lieden naar het Bonte Kalf kwamen
en boeren, die, met verschriktheid op het gelaat en met zichtbaren eerbie
, en kon de baas geen oogenblik uit den kelder komen, aang
naar het wagenkot was gegaan om het hennennest te ledigen, hoe zij het ei had gevonden en wat onbeschr
reurig ook, gevoelde zij wel, dat het haar een onverbiddelijke plich
e jongelieden reeds van op de straat met de zaak gespot en waren lachend in de herberg getreden, maar toen zij het ei onder de ooge
ok toen hij het ei had gezien en zelf zijn vonnis er op had gelezen, waren de tranen hem uit de oogen gesprongen en hij was met g
cht een einde aan de
apeld lagen.... Zij hadden dien dag meer dan anders op zes weken ontvangen, e
nkbaarheid en zorg bewaren; want, viel het op den grond en br
len in de hand te nemen, het vuil hadden gemaakt; ten minste de letters schenen als zoovele zwarte strepen op de grijsachtige schaal uit te lossen. Zij
e Kalf niet verschenen; maar het verwonderde niemand, daar men wist dat Theo
was, kwam Theodoor in de herberg, vragende spottend en met ongel
t onderzocht, werd hij niet min dan al de anderen met verbaasdheid
n mompelde woorden, die getuigden dat het hem moeilijk was, zijne eigene oogen te gelooven. Te betwi
te van haar zielsverdriet. Hoe het zij, als hield een gevoel van edelmoedigheid hem terug, hij toonde geene groote blijdschap, eerbiedigde de treurigheid va
sgierigen te verminderen, op zulke wijze dat men, na een paar weken, het ei schier
et het huwelijk harer dochter te bespoedigen, en
slechte luim; maar geen van beiden durfde echter denken, dat er nog de min