Cesar Cascabel, Deel 1
churke
de Frazer. Het was dag en nacht blijven doorregenen, maar nu, meende de gids te kun
terrein weder in hooge mate golvend was. Daarna gingen zij
s en de karavaan zou aan
weg ontmoet. Over de diensten van den indiaan Ro-No konden zij
d zou zijn een etmaal rust te houden in een nabijgelegen dorp, wan
ascabel, die alles wat in Britsch-
rkendorp, antw
je, Sch
denk dat het de verbasterde naam is van een indiaansch
bel. Als er engelschen wonen, al waren het er maar
isjes van het dorp. Nog maar drie dagen en de grens tusschen Britsch-
ugkrijgen, die hij gemist had zoo lang hij op
onden zich echter eenige engelschen, jagers uit liefhebberij of om den brood
een twistzoeker van natuur en bovendien een van die engelschen, die denken dat hun alles geoorloofd is omdat zij engelschen zijn. Het spreekt van
om inkoopen te doen, hadden de honden van den edelen baronet niet ver van de Schoone Zwerfster eene ont
bestond dus reeds dadelijk eene gespannen verhouding. Het kwam tot blaffen, de tanden late
t begin van het dorp. Met opgeheven zweep s
n den baronet partij te trekken v
Onbeschaamd als hij ten allen tijde was, vond hij niet de minste reden om den kunstenmake
et vechten met de jachthonden v
en op den hals halen, vooral niet op engelsch grondgebied, en geen gevaar loopen vertraging in zijne r
nnen met de mijne aan
rddansershonden! Die verdienen niets a
llekeurig driftig wordende, dat hetgeen gij
s jij heb ik toch
leefd blijven, maar
te doen hebt? Ik heet S
ek, met fonkelende oogen en dreigende vuisten kwam h
zij, moeder v
stuurd omdat zij wilde dat haar
eona, zeg aan uwe moeder dat ik eerst e
de, begon de engelschma
en mooie naam voor zoo'n
Met over de borst gekruiste armen stapte
digt mij!
beleed
ot man, die uw heele eiland ingepakt zou heb
i,
geslikt hebben
amde praa
gaan en stelde zich in postuur als ee
ebt mij beleedigd en zult m
even aan een
worden. Wij zullen vechten zooals gij verkiest, m
kensblazen, spotte de baron,
dedi
u vechten met
lven van woede, met zoo'n kermisklant zal je
n, waar deze soort van heeren zich van hunne jeugd af in oefenen, zou Cesar hem te li
zou maken aan zoo'n ?kerel" en scholden de geheele familie Cascabel uit voor al wat leelijk is. Van die scheldwoorden trok de vastberadene Cornelia zich echter niets aan-ten minste zij deed a
er scheen kans te bestaan op eene algemeene kloppartij, maar ook
aal marsch! Naar de Zwerfster! N
n zijn hart om een w
grootsten held te bespotten! Hij wilde hem te lijf, hij zou hem op zijn gezicht slaan, hem en al zijne kameraads, al de schurkachtige bewoners van Schurkendorp. De jongens wilde
m al de driftkoppen tot bedare
n moest dat het ongelijk geheel aan den kant van sir Edward Turner was en dat zoowel haar man als de
dig hadden dien nog erger te maken. Toen haar man er op staan bleef dat hij
en Cesar! Ik ve
assen. Als zijne vrouw op dien too
delijker, dan kon zij weder gerust ademhalen. Teneinde overtuigd te zijn dat niemand gedurende den nacht buiten den wagen kwam, slo
s van hun vertrek kon merken. Dat was zeker het beste middel om alle verdere onaangenaamheden te voorkomen, maar zelfs toen maakte de anders zoo bedaarde vrouw een haast onbegrijpelijken spoed. Zij verkeerde in eenen toestand van zeldzame
g noodig om over de grens te
drie, antw
. Vóór alles is het noodig, da
e plek te verlaten, zonder dat hij den baronet zijne onbeschoftheid betaald had gezet, was een hard gel
, als men eenmaal den voet z
zou doen ontmoeten. Hij keek met vurige blikken naar de gesloten vensterblinden van het huis waar de baronet woonde, maa
jf bij mij, Cesar! Ik verkies niet
wd geweest was, had Cascabel zich met zulke onverbrekelijke
chts zat al wat leven had, de honden, de aap en de papegaai, het hoofd van het gezin met zijne zonen en zijn dochtertje, binnen in de Scho
, die het aan alle zijden omringden. Het begon pas eenigszins licht te worden; alles was doodstil. Op d
ad, en toen Cornelia er gerust op meende te mogen rekenen dat geen indiaan of engelschman haar iets in den weg zou kunnen leggen
e dan toch al heel erg bang gewee
al wat zijne vr
onders. Toen eindelijk, zooals de gids voorspeld had,
ne zijde der grenslijn. Daar hield z
. Hij werd bedankt voor zijne diensten en nam toen van het reisgezelschap afscheid, na hun den laatsten
erugkreeg. Het had er echter niets van. Drie dagen waren er reeds voorbij sedert hij in Schurkendorp de ontmoeting met den engelschm
t laten gaan om dien lor
eide moeder Cascabel op den
lijk gebeurd,
te gaan. Zij volgde hem een tijd lang in het eenzame bosch. Toen had zij hem ingehaald en daar, met niemand tot getuige dan de zwijgende boomen, had ?de eerste worstelares van den prijskamp te Chicago" den edelman een pak ransel toegediend, waar
d vernam, u dank ik het dat mijne eer gewroken is! Nie