De roman van den schaatsenrijder
odra het ijs sterk genoeg is wordt de sneeuw opgeruimd en is het hier een lustig leventje, meneer, van den ochtend tot den avond. De heeren hebben
r familie te vragen; maar de liefde maakte mij schuchter; het was of mij
gen, ter verovering van den ellendigen dollar op de kantoorkruk te moeten zitten, in plaats van vrij als een vogel over het ijs te zweven en van de schoonheid en de liefde te genieten? Ik voelde mij half gek worden van zenuwachtigheid en ongeduld; en op een middag, str
t er schaats gereden werd. Menschen spoedden zich, met sleedjes en schaatsen, in de
ball
worden, werd een groote, roode bal, rood en groot gelijk een winterzon, aa
't verschiet tusschen de villa's en de boomen heen; en eensklaps zag ik hem: ik zag hem glanzend hangen in de verte, zoo heerlijk rond en groot en rood vlak naa
over zijn tegen dat je zelf op 't ijs gaat komen. Het kittelt in je beenen; het maakt je dol en bijna kribbig. Het nevelde vóór mijn oogen, ik vloog af
s, dacht aan niets anders. 't Was als een soort van dronkenheid. Ik trok een paar fijne, gecompliceerde figuren, voelde mij dadel
e besten zou zijn. Enkelen waren aan 't probeeren met figuren, doch 't ging maar heel, heel matigjes en ook het rijden van de dames leek mij al niet veel bizonders: het was probeeren, sukk
haar, háár
gance, bedaard heen en weer rijdend met een jong meisje dat het blonde haar nog los ove
aar toe, doch verroerde niet, als met lamheid geslagen. Even werd het heel zwak in mijn beenen en het duizelde vóór mijn oogen, alsof
stonden; en haar enkels, die zoo volmaakt waren als enkels kunnen zijn. Eerst toen ze vlak bij mij was, keek ik, als bij louter toeval op, deed even of ik aarzelde, herkende haar, glimlachte, nam diep mijn hoed af. Ik zag haar insgelijks glimlachen, vriendelijk teruggroeten, verder met het kleine meisje doorrijden. Een lichte balsem van viooltjesgeur omzweefde als een goddelijke hulde de vluchtige ontmoeting. Ik stel mij voor dat ik heel bleek moet z
kheid! Het werd iets beter. Het leek wel of mijn vrome bede aanhoord was. Ik stond op, waagde mij weer op 't ijs. Ik trok enkele krullen. Het ging wel, maar onbewust als 't ware, machinaal, buiten mi
rop ook weer vanzelven aan den gang en zij trokken waarlijk heel mooie figuren, lastige dingen, die mij zelf ten zeerste verbaasden. Enkele schaatsenrijders bleven staan en keken goedkeurend, ja, bewonderend er naar. De beenen we
d! klonk een vrouwe
and gezicht van "Auntie," die mij vriendelijk toeknikte. Zij zat op een bank in de zon; en naast haar
ij werkten brachten mij als van zelf naar den rand van het ijs toe, vlak vóór de ban
ig op en vroeg mij waar ik zul
"old country," in Belgi?, waar ik altijd
vroeg "Auntie" met haar intellige
jn plaats. Belgi? is een apart koninkrij
vond dat wel eenigszins vreemd, maar de oude heer herhaalde het nog eens met nadruk en ook de oude,
g haar wel naderen, maar deed alsof ik het niet zag. Eerst toen ze h
s beschaamd of bedeesd, zich om haar heen draaide en kronkelde. Toen keek de schoone Maud mij met
nsten en wou zoo graag d
leeren? vroeg ik op gemaakt-lossen
om Maud en knik
dan,
en, die volstrekt niet meer tot mijn lichaam schenen te behooren en waarover ik niet de minste controle meer had. Ik geloof dat men er in had kunnen snijden of prikken, zonder da
d! hoorde ik achter
Ik nam even mijn hoed af en
ik een bepaald figuur maakte; en ik gaf haar met gehorte stem de uitlegging, en deed het haar nog
Met jonge kinderen lukt dat gauw. Ik hield haar vast
ik kàn het!
iten alle verwachting goed. Het kind was om dol te worden van blijdschap. Al haar bed
neer niet lastig v
ekering, dat Violet mij in het minst niet lastig viel.
Violet bij de bank kwam, vroeg ze mij of ik haar n
oor en volgde met gespannen aandacht h
, het linkerbeen naar a
ngde zich in de les, riep, van op de bank: "naar
oit kunnen leeren!
s even vastho
antwoo
er mij werkten werden eensklaps weer de mijne; zij stonden forsch en kloek op het ijs, vertro
ing.... wij zweefden zacht en zwierden en een heerlijke viooltjes-lucht dreef als een wierook met ons mee. Haar wangen b
roode eikenbosch gansch purper werden en dat de ramen van het hotelletje tintelend vuur weerkaatsten. Het aantal schaatsenrijders op den vijver nam zienderoogen af; op de bank waar zij nog steeds zaten, schenen
wat u mij daar voorstelt!" Ik zei evenwel iets anders, wàt weet ik niet meer; doch het resultaat was hetzelfde: ik bond mijn schaatsen af, hielp Maud en Violet de hare afbinden en enkele minute
der veel uitstel, zooveel mogelijk van de menschen weten waarmee hij omgaat; en op de weinig bewimpelde vragen van mijn gasten vertelde ik wie ik was, en wat mij naar Amerika had gebracht, en wat mijn naaste toekomstplannen waren. De oude heer keurde dat goed, knikte welwillend met het hoofd, deelde mij mede dat hij, hoewel niet direkt meer in zaken betrokken, toch nog geregeld, uit oude gewoonte en uit onverwoe
weinig sprak, mengde
p kantoor, beweerde zij. We gingen nooit eens naar theater, nooit op rei
e liefde. Maar wel schrikten mij af de woorden van de moeder: "dat zij de kinderen in "society" moest brengen. Society!.... dat waren diners, soupers, bals, visites, concerten, theater! Society, dat was.... ja, hoe moet ik het anders noemen, dat was de liefdesmarkt, de huwelijksbeurs; en hoe zou ik, arme, eenzame, onbekende
moest eigenlijk onder vrouwen blijven. Het houdt den jongen man van zijn ernstige bezigheden af; het compromitteert meer dan eens zijn toekomst. Een man moet een gentlema
ud een lichte kleur kreeg en 't kleintje kronkelde zich lachend op de
voelde dat 't mij nader en gemakkelijker bracht tot het prachtig voorwerp mijner dolle liefde. Ik voelde mijzelf, in de oogen der dames, in waarde stijgen, naarmate Papa, door zijn uitvallen, blijkbaar in maatschappelijke waarde daalde. Mama vroeg mij, hoe de society-toestanden in de "ol
ls verfijnd, maar wel moe. Wij hebben schoone monumenten en prachtige artisten, maar in het praktische leven staan wij zeker wel ten achter. Misschien zou het goed zijn voor Amerika als het
aaneensluiting tusschen de staten; en meer aaneensluiting tusschen de individuen! Om kort te gaan en duidelijk te zijn, en met een afzonderlijk voorbeeld de waarde van een gansche stelling te bekrachti
met nadruk of ik er wel heel, héél zeker van was, dat Belgi? niet in "Germany" lag. Het werd een lastig dilemma voor mij. Durfde ik beweren dat Belgi? wèl in "Germany" lag, dan was ik voorgoed verloren in de oogen van Papa en met Papa verloor ik waarschijnlijk ook Maud; durfde ik beweren dat Belgi? niet in "Germany" lag, dan verbeurde ik de sympathie van "Auntie," en, dit voelde ik héél sterk en instinctmatig, "Auntie" met haar bij-de-handheid, kon mij, òf veel goed, òf veel kwaad doen bij Maud. De liefde maakt laf, en slap, en zwak; en, in plaats van rond voor de waarheid uit te komen, draai
s en beeldhouwers en schilders. Papa viel mij dadelijk in de rede en zei, genoegelijk en voldaan glimlachend, dat hij zich ook zeer voor schilderkunst interesseerde en mij, met gelegenheid, eenige mooie doeken in zij
n mijn dochter kunnen zien, gliml
wogen keerde ik mij
! Schildert u
ntwoordde zij blozend; en richtte gege
, dacht ik bij mezelf met diepe bitterheid) maar den dag daarop, als ik tijd had,
zou! Papa bromde wel, dat men mij niet van mijn "business" mocht afhouden, daar ik een flink "American" moest zien te worden; ma
himmenspel van reuzen, en de verlaten vijver kreeg vale metaalglanzen, terwijl het ei
n gaf het sein
n eind met ons
langde en met mijn schaatsen in de h
acht ik meteen, als het eens niet meer vriest? Ik moest maar hopen, dat de dooi niet al te gauw zou in
ks in den donkerblauwen hemel blonk reeds een ster, heel zuiver, heel helder, als een eenzaam, fijn juweel; rechts, in 't rood der ondergegane z
ountry" stelde, wilde o. a. weten hoe de welgestelde menschen aldaar 's zomers leefd
omers meestal voor een poosje naar Newport gingen, en dan naar Saratoga in de bergen
cht ik: "Als we nu maar stevig genoeg aan el
moesten zij de laan op naar hun villa en wachtten eve
ukken die ik wisselde waren, zooals van zelf spreekt, slechts aanl
kte haar de hand en hield die eventjes, héél eventjes langer dan strikt-noodig was in de mijne en 't kwam mij voor alsof zij deze drukking ook heel eventjes met een extra-drukkingje beantwoordde, alvorens mijn vingers los te
t bezinning kwam merkte ik, dat ik èn de aanlegplaats der "ferry's" èn het station van de West Shore Railroad reeds lang voorbij was. Never mind! Ik was niet in een stemming om ergens te gaan zitten of te wachten; ik had behoefte aan beweging; ik moest loopen, lóópen, en denken, en plannen maken, e
n ziedende hersenpan als een soort gistkuip waarin, onder mysterieuze en folterende werking, mijn toekomst werd gebrouwen. Maar wie weet? Misschien zou zij zelve wel in Vlaanderen willen komen leven? Als ik dàt kon bereiken, dan was mijn overwinning totaal! Hoe trotsch zou ik zijn, met haar, in al haar bloeiende, overweldigende schoonheid, ginds, in mijn land, bij al wie mij kende! Wat een triomf om met haar over de Leie te gaan schaatsenrijden en daar even op te houden in de bocht vóór het kasteel, het trotsch kasteel, en haar schoonheid en de kunsten die ik haar geleerd zou he
en ideaal terstond op 't tweede plan verschuift. Ik zuchtte zwaar en mijn schoone illuzies zakten op den geheimsten bodem mijns harten neer. De buurt was vuil en banaal-leelijk, zooals elke buurt waar een electrische tramlijn begint of
dat in zulk een merkwaardige gelegenheid als de zijne, de fijnste "drinks" werden klaargemaakt. En inde
k had daar immers geen thuis! Mijn huis was verre, verre, in het mooie Vlaanderen. Even schroefde een heimwee?ge emotie mij de keel toe en ik kreeg tranen in mijn starre oogen. Neen, ik bezat hier geen thuis; ik was hier de vreemdeling, bijna de banneling; maar zij had wèl een thuis, een heerlijk home dat ik weldra zou mogen zien; en ik droomd
op, en vertrok met