icon 0
icon TOP UP
rightIcon
icon Reading History
rightIcon
icon Log out
rightIcon
icon Get the APP
rightIcon

De Wedergeboorte van Nederland

Chapter 6 DE VEREENIGING MET BELGI .

Word Count: 15245    |    Released on: 04/12/2017

, door de wisseling der fortuin, als 't ware met éen slag zich verheven zag tot eene positie, hooger dan ooit door zijne vaderen was

der mogendheden op Belgi? was gevestigd, de vraag was gedaan, wat het lot zoude worden van dat land, te zwak om, met Frankrijk naast zich, op zich zelf te blijven staan. De natuurlijkste oplossing zoude zijn, dat het terugkeerde tot het Oostenrijksche keizershuis, maar zoude dit niet liever vasten voet willen hebben in het aangrenzende Itali?, liever dan weder te heerschen over het verwijderde Belgi?? Zoo kwam het, dat reeds vroeger, in 1798, in 1805 de vereeniging van Holland en Belgi? een onderwerp van bespreking was geweest357). Toen nu door den slag van Leipzig de macht van Napoleon gebroken was, moesten uit den aard der zaak dezelfde denkbeelden op den voorgrond treden. Vooral bij Engeland, dat, zoolang Antwerpen eene oorlogshaven was, en die haven in 't bezit was van Frankrijk, zich in zijne veiligheid bedreigd achtte. Mocht geene der groote Duitsche mogendheden in 't bezit van Belgi? k

structie van Europa en alstoen in een opstel de redenen ontvouwd, waarom Holland en Belgi? met eenige geseculariseerde landen op den linker Rijnoever tot een rijk als voormuur tegen Frankrijk moesten worden vereenigd361)? Die memorie drukte geheel en al het gevoelen uit van den Souvereinen Vorst. Zij werd den 14den December 1813 naar Londen gezonden, om als richtsnoer te dienen voor Hendrik Fagel, 's Vorsten vertrouwde, nu onzen gezant aldaar; hij moest ze als leiddraad gebruiken bij zijne besprekingen met de Engelsche regeering. Het gold hier, meende

vermoedelijke erfgename der Britsche kroon, het eenige kind van den Prins-Regent, Prinses Charlotte, zoude in het huwelijk treden met den oudsten zoon van den Souvereinen Vorst, en door deze echtverbintenis zouden de banden tusschen Engeland en Nederland nog nauwer worden toegehaald. Engeland mocht zich vleien, dat Nederland-om eene latere uitdrukking van den Souvereinen Vorst365) te gebruiken-de schildwacht van die mogendheid op het vasteland zoude worden. Lord Castl

zen te verzekeren. De tijding van de bevrijding van Holland, uit een militair oogpunt van zoo groot gewicht voor de geallieerden, had het hare gedaan, om dezen berouw te doen gevoelen over de aanbieding dezer voor Napoleon zoo gunstige vredesvoorwaarden. De angst om het oude Frankrijk binnen te trekken, was geweken. Zooals bekend is, was dan ook in de laatste dagen van Decembe

rdoor Napoleon, had hij zich met Frankrijks oude grenzen tevreden willen stellen, nog den troon had kunnen behouden. Genoeg zij het, ons hier te herinneren, hoe, niettegenstaande het veldheersgenie van Napoleon, in dien veldtocht zoo schitterend geopenbaard, niettegenstaand

n. De Engelsche minister maakte geen geheim van de bestaande plannen. Men schijnt in Engeland gevreesd te hebben, dat het voorgenomen huwelijk aanstoot zou verwekken; doch die vrees bleek ijdel te zijn, wellicht ook ten gevolge van de verzekering, dat er maatregelen zouden worden genomen, om de vereeniging der beide kronen op één hoofd te beletten366). Wat de uitbreiding van Holland betreft, bij nota van 27 Januari 1814367), aan de Ministers der drie geal

ook in het tractaat van Chaumont zoude Engeland daarvan weder de bewijzen geven; maar voor de overneming van eene bestaande schuld bestonden geene antecedenten. Toch kwam Ruslands minister Nesselrode bij deze gelegenheid er op terug en wilde aan zijne toestemming de voorwaarde verbinden, dat Engeland en Holland de schuld voor hunne rekening zouden nemen. Wat nu te doen? Het zou zijn eene vergoeding voor de opofferingen, door Rusland gedaan. Maar hadden Oostenrijk en Pruisen dan ook niet dezelfde aanspraak op dergelijke vergoeding? En wanneer ook al deze beide mogendheden er geen bezwaar in mochten zien, dat alleen Rusland geldelijke tegemoetkoming ontving, hoe dit voor het Parlement te verdedigen? Van de andere zijde wenschte Lord Castlereagh met den machtigen Keizer aller Russen op een goeden voet te blijven; vooral ook Ruslands geldelijk belang te verbinden aan de vereeniging van Belgi? met Holland. Hij voor zich zag er geen groot bezwaar in, dat althans van 2/3 der schuld Engeland en Holland de interest en jaarlijks eene zekere som voor amortisatie zouden betalen. Holland, voor hetwelk men die rijke gewesten zoude hebben veroverd, mocht ? der schuld wel overnemen. Toch deinsde Lord Castlereagh voor eene uitdrukkelijke verbintenis terug; Rusland moest vertrouwen stellen in de mildheid van de Engelsche regeering372). En zoo werd eindelijk ook door Rusland het stuk geteekend. Want bij gelegenheid van het verdrag van Chaumont is er ook eene schriftuur opgemaakt over die vereeniging. Lord Castlereagh zelf noemt het eene conventie373). Wat er in stond, is niet bekend. Uit hetgeen later is voorgevallen op het Congres van Weenen, blijkt echter, dat men aan Belgi? eene grootere uitbreiding wilde geven, dan later heeft plaats gevonden, ja dat Aken en Keulen er bij zouden worden gevoegd374). Zoo zoude dan de wensch van den Souvereinen Vorst worden vervul

ken, allen uit door de zuiverheid hunner staatkundige beginselen; dat is, zij waren voorstanders van het oude regime. De heeren trokken op naar het hoofdkwartier, om de vervulling van Belgi?'s wenschen te verkrijgen. Wat waren echter die wenschen? Zoodra-wat uit den aard der zaak het geval was-de vereeniging met Frankrijk wegviel, lag het voor de hand, dat, evenals ten onzent het huis van Oranje was teruggekeerd, de aandacht allereerst op het Oostenrijksche Keizershuis gevestigd werd. Niet het minst voorzeker was de terugkeer van dit huis het verlangen van de op dat oogenblik bovendrijvende richting, waartoe de deputatie behoorde380). Toen zij in het hoofdkwartier aankwam, was echter de zaak, waarvoor zij op reis was gegaan, reeds beslist; men kon haar mededeelen, dat Oostenrijk zelf Belgi? niet terug verlangde; men bracht haar onder het oog, dat het niet aanging, Belgi? als afzonderlijk rijk onder een Oostenrijksch prins op zich zelf te laten staan; men kon de deputatie zelve het besluit laten trekken, dat er dus niets anders overbleef dan de oplossing in een grooter geheel, en dat dit zoowel voor de zekerheid van Belgi? als voor het belang van Europa ge?ischt werd381). Ik durf niet beslissen, of men der deputatie uitdrukkelijk gezegd heeft, dat tot de vereeniging van al de Nederlandsche gewesten besloten was; toch was die heeren er op gewezen, dat het ten slotte daarop moest uitloopen. Om echter den overgang voor de Belgen te veraangenamen, begreep men, nu het oogenblik voor de optreding van den Souvereinen Vorst nog niet was

? Was alles verder overgelaten aan de nadere regeling, te maken op het Congres, dat, volgens art. 32 van het tractaat, te Weenen zoude bijeenkomen? Geenszins. Men begreep zooveel mogelijk reeds dadelijk den omvang van het nieuwe rijk te moeten bepalen. De landen, gelegen tusschen de zee, de bij het tractaat bepaalde grenzen van Frankrijk en de Maas, zouden ten eeuwige dage met Holland vereenigd worden; alleen over hetgeen tusschen de Maas en den Rijn lag, zoude op het Congres nader worden beslist. Echter werd uitdrukkelijk gezegd, dat de grenzen op den rechter Maasoever geregeld zouden worden naar de militaire behoeften van Hollan

tement der Zuiderzee; kort daarop, na de invoering der Grondwet van 1814, als Secretaris van Staat voor Koophandel en Koloni?n. En dit alles niettegenstaande zijne antecedenten en die van zijn geslacht; niettegenstaande de Souvereine Vorst hem nooit gezien had; alleen door den invloed van Falck, die van der Capellen hoogschatte en vereerde386). Op dezen man, die bij de organisatie van Oost-Friesland de genegenheid der bevolking aldaar had weten te winnen, was voor deze moeilijke en kiesche zending de keus gevallen387). Wanneer men nu de briefwisseling door van der Capellen in Mei 1814 met onzen Minister van Buitenlandsche Zaken, van Nagell tot Ampsen gevoerd, naleest388), dan springt het in 't oog, welke bezwaren het zoude inhebben, Belgi? te verzoenen met de vereeniging. Weg te nemen was de slechte indruk, verwekt doordat de Souverein gepoogd had, het Belgische gepeupel te zijnen gunste te stemmen, en eene beweging voor de vereeniging te doen ontstaan. Had dit hem in der tijd eene berisping van de Engelsche diplomatie berokkend, ook in Belgi? had dit eene zeer onaangename stemming teweeggebracht389). Maar dit was niet het voorname struikelblok, dat uit den weg geruimd moest worden. Men zoude de Belgen zeer gunstig stemmen, zeide Vincent, wanneer het niet werd de vereeniging van Belgi? met Holland, maar van Holland met Belgi?. Een verschil in woorden, naar van der Capellen meende; dat echter van gewicht was, omdat van de te kiezen uitdrukking afhing, welk van beide deelen de hoofdzaak, welke het toevoegsel zoude uitmaken. Het tractaat van Parijs besliste, door in art. 6 te spreken van aanwinst van grondgebied voor Holland, dit punt tegen den wensch der Belgen. Eveneens zoude de vraag van de opening der Schelde hare oplossing vinden in dit tractaat. Maar twee punten waren er bovenal, die de gemoederen in Belgi? verontrustten; de twee punten, die overal het meeste gewicht in de schaal leggen: het geld en de godsdienst. Terwijl Holland in de vereeniging zoude treden, beladen met een zwaren schuldenlast, was Belgi? zoo goed als daarvan bevrijd. Eene samensmelting der schulden, en dus gelijkheid van belastingen in noord en zuid, was een punt van groot bezwaar. Van nog grooter gewicht echter was het stuk van den godsdienst. Vooral op een oogenblik toen uit den aard der zaak de oude denkbeelden den boventoon voerden, denkbeelden die zelfs de goedkeuring hadden verworven van hen, die in naam der geallieerden Belgi? bestuurden. In den brief, den 7den Maart 1814 onder uitdrukkelijke goedkeuring van de commissarissen van Lottum en Delius aan de Belgische geestelijkheid gezonden, was met zooveel woorden verklaard, dat de verhouding tusschen den Staat en de Roomsch-Katholieke kerk zoude geregeld worden naar het kanonieke recht en de oude constitutioneele wetten van den lande390). De handhaving dezer beginselen was de wensch van allen, die onder den invloed der geestelijkheid stonden. Zoude men hierop kunnen rekenen onder een protestantsch Vorst, wien de Grondwet bovendien in art. 139 het recht had

waren ontworpen door Lord Clancarty en goedgekeurd door den Souvereinen Vorst. Zoodra nu deze zoude hebben voldaan aan de uitnoodiging om deze acht voorwaarden ook formeel te bekrachtigen, zoude hij een Gouverneur-Generaal kunnen aanstellen, die het bestuur over Belgi? uit handen van Vincent zouden kunnen overnemen. Lord Castlereagh, op wiens aandrang ook dit protocol tot stand kwam397), meende, met dit te doen, zich gedragen te hebben ?en bon Hollandais"398). Het was er echter ver van af, dat de Souvereine Vorst dit met hem eens was. Hij zoude wel in het bezit van Belgi? komen; hij zoude wel een Gouverneur-Generaal kunnen aanstellen; maar het bestuur zoude nog altijd uit naam der geallieerden worden gevoerd. Het optreden als Souverein, de vereeniging met Holland, moesten wachten op de ?arrangements", te maken op het Congres te Weenen. Ik gis, dat de reden van dit uitstel voor een deel gelegen was in de onmogelijkheid om nu reeds het grondgebied van het nieuwe rijk te omschrijven. Het stond vast, dat de Souvereine Vorst zoude heerschen tot den linkeroever der Maas; hoever het gebied zich aan de overzijde zoude uitstrekken, dit hing nog in de lucht. Terwijl Pruisen zelfs er bezwaren in vond, het gezag van den Souvereinen Vorst te erkennen over die landen op den rechteroever, welke vóór de Revolutie aan de Vereenigde Nederlanden hadden behoord, moest toch ook Lord Castlereagh, hoewel hij die bedenking niet deelde, inzien, dat de beschikking over al het andere in verband stond met de regeling der Europeesche aangelegenheden op het Congres van Weenen, en dat men tot zoolang zich tevreden moest stellen met het feitelijk bestuur. Behalve dit punt was er no

Engelsche regeering, was de Vorst zelf naar Brussel getogen, om het bestuur te organiseeren. Deze organisatie volgde bij besluit van 14 Augustus 1814403). Wij missen bij die organisatie, zonder dat de reden daarvan bekend is, de benoeming van een Gouverneur-Generaal, zooals volgens het protocol van 21 Juni 1814 had moeten geschieden. De Souvereine Vorst behield het bestuur in zijne eigene handen, en liet het uitoefenen door ministerieele departementen, een

oor nu scheen vooreerst geen gevaar te bestaan. De Souvereine Vorst kon zich blijven vleien met de hoop, dat op het Congres van Weenen al zijne wenschen zouden worden vervuld; dat hij zijnen oudsten zoon niet alleen de regeering zoude kunnen nalaten over een aanzienlijk rijk, maar dat ook voor den tweeden zoon als regent over de Nassausche erflanden een positie zoude zijn geschapen406). En ééne zaak was op dat oogenblik reeds zoo goed als zeker. Wat schreef de gezant Hendrik Fagel den 29sten Juli 1814 aan zijnen meester? Dat de Prins-Regent nu voor het eerst hem gezegd had, hoe de vereeniging met Belgi? de aanneming va

assausche erflanden tegen ander gebied te ruilen. Wij hebben gezien409), dat hij het geheele gebied tusschen Maas, Moezel en Rijn hoopte te verkrijgen. In dat geval gaf de verwerving van een gebied op den rechter Rijnoever, doch meer stroomafwaarts gelegen, veel beter afronding dan het bezit der Nassausche erflanden. Kon hij dus het hertogdom Berg verkrijgen, hij zou van Nassau afstand hebben willen doen.410) Daar echter bleek dat Pruisen dit gebied voor z

anden over het algemeen geene afkeuring vond. Het innemend denkbeeld eener vergrooting van grondgebied en eener gelijke draging der publieke schuld konde niet missen de gemoederen der menigte weg te sleepen."-?De Hollanders", schrijft Falck

zaken, daarin behandeld, was door den Prins vóór zijn vertrek uit Londen reeds met Castlereagh geopend. Het werkelijke ?richtsnoer" voor de voortzetting van dat overleg was niet het stuk van van Hogendorp, maar een memorandum van 26 Dec. geheel door den Vorst gesteld en aan Fagel ter

uiten de grenzen van 1792; dat men de Kaap zou houden, maar ?daarvoor" Holland 2 millioen sterling zou bieden om die barrière te versterken; dat men onderzoeken zou of Oostenrijk oogmerken had op de rest van Belgi?; dat de Souvereine Vorst vooralsnog zijn handen van Belgi? af moest houden414). Castlereagh nam zijn weg over den Haag, waar de Vorst hem met een herhaling van zijn vroegere aanspraken opwachtte. Er kwamen uit Belgi?, meende de Vorst, reeds gunstige stemmen; zelfs waren twee Gentenaars, de ?propriétai

chte hij Pruisen zoo ver mogelijk zuidwaarts uit te breiden op den linker Rijnoever, en aan deze macht de beide vestingen Luxemburg en Mainz toe te vertrouwen, waartegen het dan lager af op den linker Rijnoever eenig gebied aan Holland kon laten, welks nieuwe grens dan zou samenvallen met de grens van Belgi? tegen Frankrijk van 1792 van de zee tot de Maas, en voorts zou insluiten de steden Namen, Luik, Maastricht, Gulik en Keulen, om vervolgens den Rijn te volgen tot de oude grenzen der Republiek417). ?I

the earnest desire expressed on the part of his court that Holland may receive on the side of the Low Countries at a general peace a suitable accession to its military frontier and territorial resources."419) Oostenrijk maakte geen bezwaar;420) Pruisen bewilligde, na eenig dralen, alleen in de toelating van van Spaen;421) Rusland antwoordde niet.

n de hertog van Saksen-Weimar den 8sten Februari Brussel binnentrokken, waren de hertog van Clarence en prins Frederik, de tweede zoon van den Souvereinen Vorst, aan hunne zijde. De stad onthaalde de bevrijders in den schouwburg; een der loges was versierd voor de generaals. Toen na een oogenblik Bülow en de hertog van Weimar vertrokken waren, verschenen de hertog van Clarence en prins Frederik; het orkest speelde ?God save the King". De hertog van Clarence dook in de loge terug, en liet prins Frederik de ovatie in ontvangst

issarissen optraden: von Lottum en Delius. Van den Souvereinen Vorst werd bij dit alles met geen woord gesproken. Dit was voor dezen te bedenkelijker, daar Bülow en de hertog van Weimar de Belgen toeriepen, dat hun onafhankelijkheid niet twijfelachtig meer was.428) De

e Hollandsche koloni?n behalve de Kaap kwamen aan Holland terug, ?provided Holland could be rendered so effectually independent of France as to make it clear that we were strengthening an ally, and not an enemy". Tot beter verzekering van dit doel zal Engeland twee millioen pond sterling geven voor den opbouw van een nieuw frontier tegen Frankrijk. De grens van Holland wordt thans voorgesteld geheel zooals Castlereagh zich die 22 Jan. reeds had gedacht: Noordzee–Givet–loop der Maas tot Maastri

rd heeft met de vastelandsmogendheden, wordt Castlereagh dringend: ?it is not reasonable that His Britannic Majesty should be called upon to make extensive sacrifices of his conquests to France for the general security of E

untry in advance of that river, bounded by a line to be drawn from the said river at Maestricht by Aix-la-Chapelle and Duren to Cologne on the Rh

shall be disposed of with a due regard to the military security and protection of that State and the North of

g ieder met 150,000 man deel te nemen, tegen het genot van Engelsche subsidi?n. De vier mogendheden beloofden elkander, ook na den vrede verbonden te blijven en een genoegzame krijgsmacht op de been te houden tot bevestiging der nieuwe Europeesche orde. Die orde zelf wordt nog slechts in hoofdtrekken geschetst: ?l'Allemagne composée de princes souverains unis par un lien fédéral.........; la fédération suisse placée sous la garantie des grandes puissances......; l'Italie partagée en Etats indépendans......; l'Espagne dans ses anciennes limites......; la Hollande, état libre et indépendant, sous la souveraineté du Prince d'Orange, avec un accroissement de territoire et l'établissement d'une frontière convenable"435). Tegelijk nu met dit tractaat zijn de artikelen van Troyes ook door Rusland aangenomen, en hierop wisselden, ingevolge de mondelinge afspraak met Alexander, Nesselrode en Castlereagh 6 Maart stukken van den volgenden inhoud: Rusland verstaat zijne onderteekening alzoo, ?que lorsque les arrangemens projetés a l'égard des limites de la Hollande auront re?us leur exécution et auront été cimentés par la paix, le Prince d'Orange, Souverain de la Hollande, se chargera de la dette de la Russie dans ce pays"; Engeland is vrij, ?en considération des avantages essentiels que l'agrandissement de la Hollande lui procure", Holland van een voeglijk deel van dat bezwaar

à la charge de la Hollande et de la Belgique seront l'objet d'une transaction particulière avec le Prince d'Orange, à laquelle l'Angleterre prêtera sa médiation. La négociation pour cet objet aura lieu à Vienne".439) Den 11den Juli geeft daarop Castlereagh aan Nesselrode te kennen, dat te Weenen enkel onderhandeld kan worden op de basis eener verdeeling van de schuld in drie gelijke deelen, waarvan één voor Rusland blijft; en hier moet tegenover staan ?that the commercial system of Russia towards Great Britain should

t behooren. Hiertoe was noodig dat de verschillende takken van het Nassausche huis (waarvan Nassau-Dillenburg er één was) hun bezittingen aan Pruisen afstonden. Nassau-Usingen en Nassau-Weilburg zouden worden schadeloos gesteld op den rechter Maasoever tusschen Aken en Spa; Nassau-Dillenburg vond zijn schadeloosstelling in de vergrooting van Holland. Aan dit land zouden volgens het Pruisische plan op den rechter Maasoever slechts halvemanen komen om

hoede nemen zou; was het herstel van het Oostenrijksch bestuur zelf onmogelijk, dan hoopten zij een afzonderlijke mogendheid te mogen worden onder een Oostenrijksch prins. De Keizer nam alle hoop weg, zoowel op het een als op het ander, en men gaf aan de deputatie te verstaan, dat de toekomstige vereeniging met het Noorden een uitgemaakte zaak was.444) Om de Belgen echter zooveel mogelijk genoegen te geven werd beloof

zagen waren de gezeten liberale burgers, fabrikanten, ?acquéreurs de biens nationaux", zooals de heeren Huyttens en Bauwens. Maar hun vrijheid verloor het groote Fransche afzetgebied, en wist niet wat zij er voor terug zou krijgen. Over de hoogste belangen van het land zou worden beslist, zonder dat één Belg stem in het kapittel had. Onderwijl werd de weinig militaire natie tegelijk tot het oprichten van een eigen leger, en tot het o

er Hollandsch-Belgische zaken niet meer, dan dat Holland zou worden vergroot met Belgi? tot de Maas; dat zijn grens op den rechter Maasoever zou worden geregeld ?naar vereisch eener goede verdediging van Holland en van zijn naburen"; dat de Schelde geopend zal zijn; dat de landen op den linker Rijnoever, die sedert 1792 bij Frankrijk waren ingelijfd, zouden toevallen aan Holland, aan

entie van den vorst en van het onderhoud der Hollandsche dijken gesproken, 't welk men, van plaatselijke Hollandsche toestanden blijkbaar volstrekt onkundig, vreesde dat aan de Belgen een zwaren last zou opleggen. Op dit punt was de geruststelling gemakkelijk: de dijken werden in Holland niet uit de kas van het gemeene land onderhouden. Wat het punt van den godsdienst betreft, verwees men de Belgen naar de artikelen der Hollandsche grondwet, die de gelijkstelling der gezindten uitspraken voor de wet, en de gelijke benoembaarheid van alle ingezetenen tot staatsambten. Verder verklaarde de Vors

ou het hebben het resultaat van het onderzoek der daar vernomen bedenkingen nog eens aan de goedkeuring van eenige notabelen te onderwerpen die er toch geen wettigheid aan zouden kunnen verleenen? Vincent meende er voor te kunnen instaan, dat de notabelen, zoo hij ze kiezen mocht, ja zouden zeggen; het nut dat men bij mogelijkheid van dit ?ja" zou kunnen trekken kwam niet in vergelijking bij het nadeel dat een altijd mogelijk ?neen" zou toebrengen aan eene zaak waartoe de bondgenooten toch reeds waren besloten. ?Les Belges, loin d'

p de uitkomst. Eigenlijk kwam een Belgische notabelenvergadering hun toch zeer ongelegen. Zonder twijfel zou die verzocht hebben dat de Belgische landen over de Maas niet van het nieuwe rijk werden gescheiden, en de toewijzing van het gebied tusschen Maas, Rijn en Moezel bleek een der moeilijkste onderwerpen van alle en bleef nog lang onbeslist. Voorloopig maakten zij zich van Belgi? af door tegelijk met de onderteekening der acht artikelen te verklaren, dat zij over het land beschikten in het belang van het evenwicht van Europa en krachtens het recht van verovering, en er, tot de feitelijke voltrekking der vereeniging toe, het bestuur over opdroegen aan den Souvereinen Vorst457). Deze aanvaardde het den 1sten Augustus met een niet ongeschikte proclamatie, door Falck gesteld, waarin getracht was elk wat wils te g

toegevoegd, als een vergoeding voor het verlies der Nassausche erflanden. De verknipping van Belgi? was dus voorkomen, maar Holland won geen duimbreed aan den Rijn. De mogendheden hadden zich genoodzaakt gezien aan Pruisen de grootste helft van Saksen te onthouden, doch hadden in ruil aan Pruisens begeerte naar de Rijnlanden in grooter mate toegegeven dan de conventie van Tr

vóór, bl. 198).-Dit leerden w

kend (hiervóór, bl. 203).-Z

l. 203).-Die ging nog aanmerkelijk verder dan d

nderens en Antwerpen, Pruisen over Zuid-Brabant en de rest461). Toen in Maart bleek dat het bestuur van Lottum en Delius in Belgi? weinig populair was, verklaarde Stein zich bereid den Souvereinen Vorst het bestuur over geheel Belgi? tot de Maas te laten, op voorwaarde dat een gedeelte der landsinkomsten aan Pruisen werd uitgekeerd462); dit is juist tijdens Bernadotte's militair commando, dat geheel tijdelijk is en met de bestuurszaak niets te maken heeft. Sedert 27 Jan. echter was gebleken welke voorwaarden Rusland en Pruisen aan de goedkeuring der ?uitbreiding van Holland" verbonden. Dat de aanspraken van den Souvereinen Vorst voor een zoo groot deel met die van Pruisen bleken te concurreeren maakte het onraadzaam 't zij Pruisen 't zij den Vorst in Belgi? te veel de vrije hand

em back, and that an Archduke would be no motive with him to risk a war for their sakes; he therefore advised them to look to an incorporation with Holland upon a fair understanding to b

den 14den Maart; de opdracht van Metternich aan Vincent is pas van 29 Maart465); intusschen was Horst, een tweede en slechter uitgaaf van Lottum en Delius, al in functie. Vincent bevond zich te Luik en schrijft 7 April nog van die plaats466); toen hij zich kort daarna te Brussel vertoonde maakte Horst gebru

te bezoeken, bleef er nagenoeg een jaar, en corrigeerde er, tot zijn verdriet, de proeven van Lodewijks zouteloozen roman Marie ou les Peines de l'Amour. Toen hij naar huis begon te verlangen verdacht de ex-koning hem dat hij toch zijn hof zou gaan maken bij de Franschen, zoodat de vrienden in onmin scheidden. Het tweede halfjaar van 1812 en het groot

(hiervóór, bl. 210).-Neen, ook van

f Dutch and Belgian members; possibly three of each might be sufficient".-Clancarty daarentegen in zijn stuk van den 25sten zegt: ?Si ces principes [de door hem uit van Nagell's stuk getrokken, bekende principes van den Vorst] paraissent fondés, on pense qu'il serait convenable de transmettre au gouverneur général de la Belgique [Vincent] les articles qui en résultent, et do

és que de le faire sortir de tout concours de représentans. En partant de cette persuasion je regarderais du moins comme un devoir de hater cette mesure transitoire, en désignant (s'il en est question) tout de suite et directement les personnes, pour ne pas s'exposer à des inconvéniens trop graves en faisant un appel dangereux à des délibérations tumultueuses."474)-7 Juni schrijft hij: ?En considérant la disposition générale de esprits, qui n'est que trop contraire à la Hollande, soite par un suite de l'esprit de parti constitutionnaire475) réveillé par la réaction contre la France, soit par une exubérance des prétentions nationales de la Belgique, il me devient de

st; het bezwaar was de Russische schuld, tegen de over

es dispositions du présent traité", waaronder de oprichting van het koninkrijk der Nederlanden stellig behoorde, waren uitdrukkelijk bij art. 32 van het tractaat van Parijs aan het congres van Weenen voorbehouden. De vaststelling der acht artikelen te

sen toevertrouwd, dat daartoe een gouvernement-generaal vormde te Aken. In plaatsen als Maastricht en Venlo kwam dit gouvernement-generaal in botsing met de com

vóór, bl.

ervóór,

ervóór,

Lord Castlereagh, 14 D

en Ged.

agel, 14 Dec. 1813 (G. K. va

stuk, door Tellegen aan de ms.-mémoires van Grovestins ontleend, zullen door mij in Ged. VII worde

n Souvereinen Vorst, 3 De

Clancarty, 11 Nov.

elands eersten minister Lord Liverpool, ?was called to this [the succession] by an observation of that Minister [Hogendorp] as to the expediency of making provision for the separation of the two Crowns in the Act, which would shortly be proposed for regulating t

ed. VI

chap van Stein ingeste

ord Clancarty, Chatillon 20

. 1814: ?The Finances and Interior are in a dreadful state; the exchange falls eve

ervóór,

Lord Liverpool, Chaumont 8

ed. VI

s Antheil II

ebr. 1814 (Ged. VII, 38);-Lord Clancarty aan

he Russian debt" (Lord Clancarty aan Lord

Lord Castlereagh, 7 Maart 1814 (Ged. VII, 80).-Lord Castlereagh aan Lord Clancarty, 14 Ma

vernement de la Belgique, 18

officiel, 181

(Ged. VII, 88); Lord Aberdeen aan Lord Castlereagh, 12 Maart 1814 (ibidem)

an Lord Clancarty, 14 M

officiel, 181

ht van Baron van Horst om Gouverneur-Generaal te blijven, ten einde door requisiti?n uit Belgi? te halen wat er uit te hal

eagh aan Clancarty, 14 Maart 1814 (Ged. VII, 92); Cla

tstaan

1813; aan D. J. van Lennep, 24

, beschrijft hem als ?verst?

staan II

t libéral comme est celui de mon Souverain". Dit slaat op de zending van H. van Zuylen van Nyevelt naar Belgi? in het begin van 1814. Zie hierover Clancarty aan Castlereagh 8, 11, 12 Februari en 1 Maart 1814 (Ged. VII, 52, 56, 57, 74). Den 23sten April 1814 schrijft Johnson, Engelands commissaris in Belgi?, a

à monsieur l'évêque de Namur et à messieurs les vicaires généraux de différens diocèses

en 20sten Mei 1814 uit den Haag en

10) stelde de bevolking van

van Lennep, 16 Aug. 1

astlereagh, 7 Juni 1

tstaan

aan van Nagell: ?Les Prussiens à ce que j'ai pu remarquer, sont

): ?I have prevailed upon the Ministers of the Powers to gi

el aan van Nagel

ook de Souvereine Vorst een deel dier sch

tstaan

tstaan

I, no. 24

officiel, 181

el teruggeroepen, om zich voor te bereiden voor het Gouverneur-Generaalschap van Nederlandsch-Indi?. Hij trad echter na de terugkomst van Napoleon uit Elba, in

ed. VI

fopvolging in de Nassausche erflanden. Ik herinner dat door den afstand dezer landen aan Pruisen bij de onderhandelingen van het Weener Congres de wensch van den Souvereinen Vo

illem I van 16 Maart 1815 (Staatsblad no

d. VI,

ervóór,

, Leben des Generals Fri

s Gedenksch

ed. VI

part of the Dutch Government, at Antwerp particularly, and in other parts of the Austrian Netherlands, for the p

t be created, and one which supported by Austria would form a most important barrier both for Holland and Germany. The Prince of Orange to be discouraged from any attempt to extend Holland on the side of the Netherlands beyond its ancient limits, without the express consent of the Allies" (

480. Vgl. ook Fauchille, Une chouannerie flamande (Paris 1905),

h respect to the Cape is likely to prove very satisfactory; the idea of obtaining a barrier without funds to render

zou worden verkregen, dat de Vorst, tot beter

Liverpool, 22 Jan.

ch, Nesselrode en Hardenberg,

Castlereagh, 1 Febr.

n loop der krijgsverrichtingen in Belgi? afgewacht, en gaf dit antwoord op het oogenblik

why the Prince of Orange should not by emissaries or other means quietly encourage the people of the Low Countries to look to him

Surtout ne laissons pas à des négociations de paix, toujours incertaines, le soin de fixer notre sor

ht van den inhoud bij Hijmans,

d'Orange. Cette scène a fait une facheuse sensation" (brief uit Brussel aan Nesselrode, 8 Febr. 1814, door de

ountries to tender the sovereignty to him; in some parts among the very lowest rabble he has succeeded, but as these efforts have been directly against the opinions of the better and more respectable inhabitants, who are equally hostile to French rule, but who wish for the return of their o

sous la domination autrichienne, si pas immédiatement au moins à titre de suzeraineté, ces provinces passant selon toute probabilité à l'archiduc Charles." Feltz vraagt hier den hertog van Weimar naar, die antwoordt: ?qu'il croyait que chacune des puissances reprendrait ce qu'elle avait perdu, que tel était le principe général de l'al

florissante....; l'indépendance n'en est plus d

d the Mauritius was thrown out, and prince Metternich suggested the idea of such a sacrifice on the part of Spain and Holland. I observed that this was a proposition which could not originate with the British gover

n van conventie van Troyes; door Rusland zijn zij eerst 1 Maart te Chaumont geteekend.-Eigenlijk heeft men niet met eene conventie in forma

Castlereagh, 15 Febr

reagh, 15 Febr. 1814 (Ged.

reagh, 17 Febr. 1814 (Ged.

Clancarty, 20 Febr.

artens, Recu

ed. VI

ed. VI

Liverpool, 8 Maart

tstaan

ed. VI

ageman

ed. VI

ervóór,

Clancarty, 13 Maart

ettes dont en justice il ne saurait être grevé. Ils employeront leur haute influence et autorité pour lui procurer une existence politique propre à lui assurer les avantages d'un systême de gouvernement sage et libéral, joi

n Vincent, 1 Mei 1

Vos Majestés doivent nous donner, en le conjurant de sauver son peuple prêt à périr"! (Le c

ageman

neemt dit stuk mede naar Parijs, waar Clancarty den inhoud overgiet en tevens beredeneert in een uitvoerige, voor de bondgenooten bestemde memorie, die hij 25 Mei aan de goedkeuring van den Souvereinen Vorst onderwerpt (Ontstaan II, 19), welke hem, in antwoord, 30 Mei de acht artikelen toezendt in hun definitieven vorm, als artikelen die hij gereed is ten uitvoer te leggen wanneer zij bi

e acht artikelen: ?les provinces belg

iden een afzonderlijken Raad van State zal h

tstaan

tstaan

kan, door mijn oponthoud te Fulda alwaar alles zoo te zeggen de Roomsche godsdienst toegedaan was, en nooit de minste a

Vorst aan Clancarty van

nstitution des Provinces-Unies établit. Les catholiques sont par là

tocol va

ervóór,

ep, 16 Aug. 1814 (Falc

evenals van Henegouwen. Zij werden terugverworven bij den tweeden vrede van Parijs.-Stavelo

gh, 27 Jan. en 11 Febr.

tlereagh, 6 Maart

ed. VI

10 Mei (Onts

ed. VI

ed. VI

ed. VI

estins, N

ed. VI

daar en elders aan den Rijn Fal

126.-?M. van der Duyn me pré

is voor ?project" verkee

k curs

ed. VI

merkt bij de aanzienlijken waar hij meest mede omging. Maar ook de talr

nderlijke huishouding onder één hoofd aanbeval: ?het doel der vereeniging, kracht en st

ed. VI

in Publications de Li

Claim Your Bonus at the APP

Open